PHP Basis: Function
» Naar het overzicht
Inhoudsopgave
Slides
Downloads
Beschrijving
Met een functie kun je een blok code schrijven dat je meermaals kunt
aanroepen (uitvoeren). Vaak hebben functies input
, doen ze iets met
die input, en geven ze het resultaat terug als de output
.
Deze uitleg gaat ervanuit dat je programmeert binnen classes zoals gebruikelijk is binnen het Laravel framework.
Je hebt twee stukken code nodig voor een functie: de definitie en de aanroep. In de definitie schrijf je de code die je functie moet uitvoeren. Maar de functie wordt dan nog niet uitgevoerd. Het uitvoeren gebeurt pas bij de aanroep.
Een voorbeeld
|
|
Binnen een andere functie in je class kun je bovenstaande functie uitvoeren met de volgende code:
|
|
Parameters
Bovenstaand voorbeeld laat wat zien op het scherm, maar gebruikt nog
geen input
. Input kun je aan functies meegeven met parameters
(ook
wel “argumenten”). Deze geef je als variabelen mee tussen de haakjes
achter de functienaam:
|
|
Binnen een andere functie in je class kun je bovenstaande functie uitvoeren met de volgende code:
|
|
Probeer zelf
Probeer zelf uit te vinden hoe je meerdere paramters mee kunt geven en gebruiken binnen je functie.
Return
Een belangrijke call binnen functies is return
. Met return
kun je
de output
van je functie terugsturen naar de code die de functie
aanroept.
LET OP: return
stopt de functie en stuurt het resultaat
terug. Code binnen een functie die na return
staat wordt niet
uitgevoerd.
De ene functie kan de andere uitvoeren
Een functie kan ook een andere functie uitvoeren. Kijk maar eens naar
onderstaande code. Kijk maar eens naar de functie doHeadline()
:
|
|
Externe Documentatie
De officiële documentatie van PHP kun je vinden op: